CoMensha signaleert knelpunten in de aanpak van mensenhandel in Nederland en adviseert over mogelijke oplossingen daarvoor. CoMensha adviseert ook over voorstellen voor wetgeving die betrekking hebben op mensenhandel en ten behoeve van internationale rapportages.
Signaal: behoefte aan versterking van kennisdeling en samenwerking
De aanpak van mensenhandel is complex en voortdurend in ontwikkeling. Voor veel professionals in het werkveld is het een uitdaging om (landelijke) ontwikkelingen bij te houden en in contact te komen met collega’s uit andere organisaties of regio’s. Om dit knelpunt aan te pakken, organiseerde CoMensha samen met het ministerie van Justitie en Veiligheid (JenV) en de Nationaal Rapporteur Mensenhandel en Seksueel Geweld tegen Kinderen (NR) het landelijk Symposium Mensenhandel. Met inspirerende plenaire sprekers en een divers aanbod aan workshops bood het symposium professionals de kans om actuele kennis op te doen, ervaringen uit te wisselen en nieuwe samenwerkingen aan te gaan. Meer dan 400 professionals uit het hele land waren aanwezig. De bijeenkomst werd zeer positief beoordeeld en bevestigde de waarde van ontmoeting, kennisdeling en verbinding binnen het werkveld. CoMensha zet zich dan ook in om dit symposium jaarlijks te organiseren.
'Het Symposium Mensenhandel zie ik als een succes, omdat het diverse professionals binnen de aanpak van mensenhandel samenbracht en hen voorzag van inspiratie en informatie voor hun verdere inzet tegen mensenhandel. Er zijn waardevolle connecties gelegd tussen professionals, de belangrijkste ontwikkelingen zijn besproken en ervaringsdeskundigen deelden hun verhaal en aanbevelingen. Ik ben erg tevreden en kijk uit naar een volgende editie!'
Frédérique Janssen, adviseur aanpak mensenhandel bij CoMensha

Signaal: blijvende tekorten in opvangcapaciteit
Er bestaat een blijvend tekort aan opvangplekken voor slachtoffers van mensenhandel. Dit betekende dat zij soms geen veilige plek konden vinden en in bepaalde gevallen terugkeerden naar een uitbuitingssituatie. Ook voor professionals, zoals politiefunctionarissen, leidde dit tot knelpunten: zij besteden veel tijd aan het zoeken naar beschikbare opvang. CoMensha heeft dit probleem herhaaldelijk onder de aandacht gebracht en gepleit voor uitbreiding van de opvangcapaciteit. In het kader van het Actieplan Samen tegen Mensenhandel is in samenwerking met de VNG een bureau aangesteld om landelijk inzicht te krijgen in het aantal beschikbare opvangplekken voor slachtoffers (met rechtmatig verblijf). Dit overzicht moet de toegankelijkheid en knelpunten in kaart brengen en kan dienen als uitgangspunt voor vervolgonderzoek naar noodzakelijke aanpassingen in het opvanglandschap. Samen met de VNG blijven we ons inspannen voor meer opvangplekken en vervolgen we het onderzoek naar een passend opvanglandschap.
Signaal: structurele opvang voor ernstig benadeelden noodzakelijk
In 2024 is de pilot voor crisisbedden voor ernstig benadeelden geëvalueerd, waarbij diverse punten ter verfijning van het proces zijn besproken. Alle betrokken partijen, waaronder de NLA, het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW), CoMensha en de opvanginstellingen, erkennen de waarde van het bieden van crisisbedden aan ernstig benadeelden en hebben de wens uitgesproken om deze opvang te continueren. Na het voeren van verschillende gesprekken hebben de ministeries van JenV, Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) en SZW besloten om de doelgroep voor de NLA-opvang te verruimen, zodat vanaf 1 januari 2025 niet alleen slachtoffers van arbeidsuitbuiting, maar ook ernstig benadeelden structureel kunnen worden opgevangen. Hiermee wordt de opvang van ernstig benadeelden vanaf 1 januari 2025 gestandaardiseerd.
'In het werkveld van de aanpak van mensenhandel ontstaat steeds meer aandacht voor criminele uitbuiting en dit is een positieve ontwikkeling. Desondanks zie ik in mijn dagelijkse werk op de Helpdesk dat het vinden van veilige opvang voor slachtoffers van criminele uitbuiting bijzonder moeilijk verloopt, vooral voor mannelijke slachtoffers. Verschillende factoren, zoals een gebrek aan geschikte opvangplekken, angst voor criminele netwerken en afwezigheid van een duidelijke afhankelijkheidsrelatie of huiselijk geweld, spelen hierbij een rol. Dit maakt het moeilijk voor deze slachtoffers om een veilige plek te vinden. Hopelijk kunnen we hier als werkveld een verbeterslag in maken, zodat we ook deze slachtoffers een veilige plek kunnen bieden.'
Diede Croes, Consulent aanpak mensenhandel bij CoMensha
Advies: bijdragen aan het versterkte Actieplan Samen tegen Mensenhandel
Vanaf medio 2024 is het versterkte Actieplan Samen tegen Mensenhandel vastgesteld en zijn de bijbehorende acties van start gegaan. Sindsdien hebben we samen met alle betrokken organisaties flinke stappen gezet in de uitvoering van het Actieplan, met mooie resultaten tot gevolg. Zo werd in opdracht van de Regietafel Mensenhandel Midden-Nederland, in samenwerking met de VNG, het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid (CCV) en het MetaStory Instituut een regionale actiedag georganiseerd. Een van de conclusies uit de bijeenkomst was om professionals periodiek te trainen. Daarnaast zijn er diverse inventarisaties en onderzoeken uitgevoerd, onder meer op het gebied van bewustwordingscampagnes, meldpunten, een centraal informatiepunt, belangrijke functies in de aanpak van mensenhandel, samenwerking, de loskoppeling van slachtofferschap en strafrechtelijk onderzoek en het aantal en soort opvangplekken. Ook onderzocht CoMensha in 2024 samen met ervaringsdeskundigen hoe hun expertise structureel kan worden ingezet in de aanpak van mensenhandel. Een concreet resultaat hiervan is dat in 2025 een spiegelgroep van ervaringsdeskundigen wordt opgericht, verbonden aan het landelijke programma Samen tegen Mensenhandel.
Advies: implementatie herziene EU-richtlijn mensenhandel
In 2024 is de herziening van Richtlijn 2011/36/EU inzake de bestrijding van mensenhandel vastgesteld. Een belangrijke aanpassing is de expliciete opname van 3 vormen van mensenhandel: uitbuiting van gedwongen huwelijken, uitbuiting van illegale adoptie en uitbuiting van draagmoederschap. EU-lidstaten hebben 2 jaar de tijd om deze aanpassingen te implementeren. Wat deze 3 nieuwbenoemde vormen concreet zullen betekenen voor de aanpak van mensenhandel en voor de verantwoordelijkheden van ketenpartners, is op dit moment nog onduidelijk. Dit roept vragen op bij professionals binnen het veld.
CoMensha heeft in 2024 op diverse manieren bijgedragen aan vraagstukken rondom de implementatie van de herziene EU-richtlijn mensenhandel. Zo leverde CoMensha input op de consultatie van de implementatiewet, droeg het bij aan bijeenkomsten van het ministerie van JenV en startte samen met enkele trainees een verdiepend onderzoek naar uitbuiting binnen gedwongen huwelijken. Dit heeft geleid tot meer inzicht in de betrokken partijen en relevante vraagstukken. Ook ontwikkelden de trainees een educatief spel, gericht op preventie en het bespreekbaar maken van uitbuiting via gedwongen huwelijken op scholen. In 2025 zal CoMensha deze inzet voortzetten door werkgroepen te organiseren met ketenpartners, gericht op het gezamenlijk verkennen van de implicaties van de 3 nieuwbenoemde vormen van mensenhandel. De eerste werkgroep zal zich richten op uitbuiting via gedwongen huwelijken.
Advies: wet- en regelgeving en Tweede Kamer
CoMensha signaleert relevante ontwikkelingen en adviseert daarover. CoMensha heeft input gegeven voor de modernisering van artikel 273f van het Wetboek van Strafrecht waarin mensenhandel strafbaar is gesteld, de herziening van Richtlijn 2011/36/EU inzake de bestrijding van mensenhandel, de gewenste loskoppeling van slachtofferschap en verblijfsvergunning, en de opsporing en het strafrecht. In dit kader nam CoMensha deel aan de Pro Facto-bijeenkomst over de aanbeveling loskoppeling opsporingsindicaties en bescherming slachtoffers (B8.3).
Algemene verordening gegevensbescherming (AVG) belemmert nog steeds zicht
op aard en omvang mensenhandel
Ondanks de Handreiking aanpak mensenhandel en het gebruik van persoonsgegevens merkt CoMensha nog steeds dat er sprake is van verminderd zicht op de aard en omvang van mensenhandel door een gebrek aan informatiedeling en een onjuiste interpretatie van de AVG. Het uitgangspunt van de AVG is de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van hun gegevens én het vrije verkeer van persoonsgegevens binnen de EU. Het verwerken van persoonsgegevens moet ten dienste van de mens staan. Bij de implementatie van de Europese Mensenhandelrichtlijn in Nederland speelt CoMensha een centrale coördinerende rol bij de registratie, opvang en informatievoorziening. Daarmee vervult CoMensha - voortvloeiend uit de richtlijn en de daarbij behorende nationale implementatiewet - primair een wettelijke taak. Subsidiair is het een taak van algemeen belang.
Deze taak rechtvaardigt én legitimeert het verwerken van persoonsgegevens. In de praktijk hanteren veel zorginstellingen en professionals ‘toestemming’ van het slachtoffer als verwerkingsgrond om gegevens te delen met CoMensha. Dit is onjuist en onnodig, zelfs strijdig met de AVG, en wel vanwege het feit dat de AVG - in tegenstelling tot zijn voorganger (de Wet bescherming persoonsgegevens) - veel eisen verbindt aan de toestemming. Om interpretatiegeschillen te voorkomen over de uitleg of het onmogelijk of onredelijk is om toestemming aan het slachtoffer te vragen voor registratie bij CoMensha, kan de werkwijze van de Nederlandse Kankerregistratie (NKR) gevolgd worden, waarbij aan de patiënt géén toestemming wordt gevraagd ten behoeve van de registratie. Deze praktijk om de aard en omvang van kanker in beeld te krijgen zou heel goed kunnen dienen als voorbeeld voor centrale registratie van mensenhandel. De notitie is besproken met het ministerie van JenV. Vooralsnog loopt de discussie hierover nog.
Algemene verordening gegevensbescherming (AVG) belemmert nog steeds zicht op aard en
omvang mensenhandel
Ondanks de Handreiking aanpak mensenhandel en het gebruik van persoonsgegevens merkt CoMensha nog steeds dat er sprake is van verminderd zicht op de aard en omvang van mensenhandel door een gebrek aan informatiedeling en een onjuiste interpretatie van de AVG. Het uitgangspunt van de AVG is de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van hun gegevens én het vrije verkeer van persoonsgegevens binnen de EU. Het verwerken van persoonsgegevens moet ten dienste van de mens staan. Bij de implementatie van de Europese Mensenhandelrichtlijn in Nederland speelt CoMensha een centrale coördinerende rol bij de registratie, opvang en informatievoorziening. Daarmee vervult CoMensha - voortvloeiend uit de richtlijn en de daarbij behorende nationale implementatiewet - primair een wettelijke taak. Subsidiair is het een taak van algemeen belang.
Deze taak rechtvaardigt én legitimeert het verwerken van persoonsgegevens. In de praktijk hanteren veel zorginstellingen en professionals ‘toestemming’ van het slachtoffer als verwerkingsgrond om gegevens te delen met CoMensha. Dit is onjuist en onnodig, zelfs strijdig met de AVG, en wel vanwege het feit dat de AVG - in tegenstelling tot zijn voorganger (de Wet bescherming persoonsgegevens) - veel eisen verbindt aan de toestemming. Om interpretatiegeschillen te voorkomen over de uitleg of het onmogelijk of onredelijk is om toestemming aan het slachtoffer te vragen voor registratie bij CoMensha, kan de werkwijze van de Nederlandse Kankerregistratie (NKR) gevolgd worden, waarbij aan de patiënt géén toestemming wordt gevraagd ten behoeve van de registratie. Deze praktijk om de aard en omvang van kanker in beeld te krijgen zou heel goed kunnen dienen als voorbeeld voor centrale registratie van mensenhandel. De notitie is besproken met het ministerie van JenV. Vooralsnog loopt de discussie hierover nog.
Terug naar boven
Ontoereikende hulpverlening en slachtofferschap
CoMensha maakt zich zorgen over passende hulpverlening voor slachtoffers van mensenhandel, met name als er geestelijke gezondheidszorg (GGZ) nodig is. Slechts een klein percentage slachtoffers is überhaupt in beeld en Nederland slaagt er vervolgens onvoldoende in de slachtoffers van mensenhandel die wel in beeld zijn effectief te helpen. Dat wordt ook geconcludeerd door de NR in de Slachtoffermonitor mensenhandel 2016-2020, die in het najaar van 2021 gepubliceerd is. Uit onderzoek van de NR blijkt dat 45% van de slachtoffers van mensenhandel binnen vijf jaar opnieuw slachtoffer van een misdrijf is. Na zeven jaar is dat zelfs 50%. Bij herhaald slachtofferschap gaat het vaak om ernstige delicten. Hierbij kan het opnieuw gaan om uitbuiting, ook kan het gaan om mishandeling, bedreiging en seksueel geweld. Minderjarigen lijken daarbij extra kwetsbaar. Ze komen in verhouding vaak in de gesloten jeugdzorg terecht zonder voldoende hulp voor de verwerking van opgelopen trauma’s. Ook zijn ze door werving en uitbuiting via internet en social media moeilijker op te sporen, te volgen en te benaderen.
Terug naar boven
Gebrek aan passende door- en uitstroommogelijkheden
Slachtoffers verblijven door een gebrek aan passende door- en uitstroommogelijkheden vaak langer in de opvang dan nodig. Hierdoor raakt de opvang ‘verstopt’ en is er te weinig ruimte voor nieuwe slachtoffers die opvang hard nodig hebben. Nederlandse slachtoffers kunnen lang niet altijd terugkeren naar hun eigen huis vanwege veiligheidsrisico’s of terugvalrisico’s, bijvoorbeeld omdat iemand in die omgeving te veel wordt geconfronteerd met het verleden. Een andere woning is vanwege het tekort aan woningen niet snel gevonden. CoMensha brengt knelpunten met betrekking tot de uitstroom in beeld en vraagt ketenpartners om daar waar mogelijk mee te helpen in het vinden van oplossingen. Zo worden bijvoorbeeld problemen als gevolg van wachttijden voor het ontvangen van benodigde documenten aangekaart en onderzocht hoe processen versneld kunnen worden. Ook is er overleg met gemeenten over onder meer wat zij kunnen betekenen in de oplossing van het woningtekort. Vaak betreffen dit knelpunten die voortvloeien uit wet- en regelgeving, met als gevolg dat verbetering van deze zaken een proces is van lange adem. Vandaar dat dit knelpunt opnieuw in dit Jaarbeeld terugkomt.
Terug naar boven
Aanpak arbeidsuitbuiting schiet tekort
Een van de problemen die we hoog op de agenda hebben gezet is de uitbuiting van arbeidsmigranten. Tijdens de coronapandemie werd de zwakkere positie van arbeidsmigranten pijnlijk zichtbaar, bijvoorbeeld de vaak slechte woon- en werkomstandigheden. CoMensha heeft een initiërende rol vervuld bij het agenderen van deze problematiek.
Er is in de laatste jaren steeds meer aandacht voor arbeidsuitbuiting, maar een effectieve en afschrikwekkende aanpak in Nederland faalt. CoMensha, FNV, andere ngo’s, de NR en de Algemene Rekenkamer komen al jaren tot dezelfde conclusies: Daders gaan vrijuit en slachtoffers worden niet geholpen. Arbeidsuitbuiting en criminele uitbuiting blijven vaak onbestraft.
Veel situaties van arbeidsuitbuiting worden niet gesignaleerd, waardoor slachtoffers onnodig lang in een uitbuitingssituatie vastzitten. Er komen weinig zaken voor de rechter en als ze al voorkomen leidt het zelden tot een strafrechtelijke vervolging. Een van de redenen hiervoor is de gecompliceerdheid van de wet. In 2022 overhandigden CoMensha en FNV de bevindingen en conclusies van het onderzoek Strafrechtelijke aanpak van arbeidsuitbuiting aan het ministerie van JenV.
> Zie ook onder Rapportages en onderzoek.
Terug naar boven
Onvoldoende toegang tot opvang en voorzieningen
CoMensha ziet al enige tijd dat de positie van slachtoffers van mensenhandel uit de zogeheten derdelanden onder druk staat. De toegang tot voorzieningen voor deze doelgroep is lang niet altijd vanzelfsprekend; deze mensen krijgen niet de hulpverlening en opvang waar ze op grond van wet- en regelgeving recht op hebben. CoMensha heeft dit knelpunt meermaals onder de aandacht gebracht bij de ministeries van JenV en Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS). Ook vanuit het Strategisch Overleg Mensenhandel (SOM) is hier aandacht voor gevraagd. Om de argumentatie voor verbetering kracht bij te zetten, hebben we ook extra Europese samenwerking gezocht bij het Europees Migratienetwerk (EMN) en de International Labour Organization (ILO).
Voor kennismigranten geldt dat zij geen beroep kunnen doen op de voorzieningen voor slachtoffers van mensenhandel (Verblijfsregeling mensenhandel) zolang hun werkvergunning niet is ingetrokken en zij een rechtmatig verblijf hebben. CoMensha, de NLA-Opvang, het Amsterdams Coördinatiepunt Menshandel (ACM) en FairWork zetten zich in voor een betere positie van deze migranten, gelijkwaardig aan die van EU-onderdanen die slachtoffer van mensenhandel worden. Dit knelpunt is uitvoerig besproken met de ministeries van JenV en VWS, de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) en de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND). Vooralsnog is er geen oplossing.
In het recente verleden werd CoMensha bij de zoektocht naar opvang voor slachtoffers met enige regelmaat geconfronteerd met opvanginstellingen die regiobinding hanteren. Dat wil zeggen dat slechts slachtoffers worden opgenomen die de afgelopen jaren in de desbetreffende gemeente hebben gewoond, al hulpverlening hebben gekregen of als er familie of vrienden in die gemeente wonen. Hierdoor konden cliënten niet altijd geplaatst worden, terwijl regiobinding geen contra-indicatie zou mogen zijn. In 2022 kregen we opnieuw opvangverzoeken waarbij we met regiobinding te maken hadden. Samen met Valente zal CoMensha blijvend aandacht vragen voor dit knelpunt en het agenderen op het directeurenoverleg van de opvanginstellingen. Tevens zal dit blijvend onder de aandacht worden gebracht van de ministeries van JenV en VWS.
Terug naar boven
Rapportages en onderzoek
CoMensha draagt in belangrijke mate bij aan verschillende rapportages en initiatieven die de strijd tegen mensenhandel ondersteunen. Daarnaast nemen we zelf initiatief en geven opdracht om uiteenlopende knelpunten in de aanpak van mensenhandel te onderzoeken. De resultaten bieden relevante partners in het veld aanknopingspunten voor een effectievere aanpak. Een goed voorbeeld is ons onderzoek naar de strafrechtelijke aanpak van arbeidsuitbuiting. Nederland heeft geen strafrechtelijk antwoord op arbeidsuitbuiting. Er komen weinig zaken voor de rechter en als ze dat al doen, leidt het zelden tot vervolging van de dader(s). Uit het onderzoek blijkt onder meer dat de in te zetten wetsartikelen ingewikkeld en velerlei interpreteerbaar zijn, waardoor ze niet volledig of helemaal niet worden benut. Gevolg is dat de rechtspraak – lees de rechters – er ook mee worstelt. En maar al te vaak werkt de jurisprudentie in het nadeel van het slachtoffer, net als een veronderstelde hiërarchie in en inconsistente toepassing van dwangmiddelen. Lees hier meer over dit onderzoek dat inzicht geeft in de knelpunten van arbeidsuitbuiting.
Ook leveren wij input voor de jaarlijkse monitor van de NR en de landenrapportage van de Raad van Europa, beantwoorden veel vragen van verschillende instanties en dragen bij aan het opstellen van beleidsstukken en het opzetten van werkgroepen. Bijvoorbeeld door mensenhandel zichtbaar te maken en te leren van onderzoek, zoals in Ede en Utrecht.
Terug naar boven
‘Mensenhandel is geen statisch fenomeen. Het is belangrijk om middels onderzoek en uitwisseling van ervaringen, bevindingen en kennis de aard en omvang van mensenhandel constant in beeld te brengen en de aanpak te versterken. We zitten momenteel in een belangrijke fase wat betreft de aanpak van mensenhandel. De herziening van artikel 273f Sr en de opvolging van het plan Samen tegen Mensenhandel zijn belangrijke bouwstenen voor deze aanpak. Samen met alle betrokken partijen moeten we vervolgens zorgen voor een goede implementatie en opvolging. Fijn ons ook hier volgend jaar weer voor in te zetten, samen met CoMensha.’
Conny Rijken, Nationaal Rapporteur Mensenhandel en Seksueel Geweld tegen Kinderen


quote quote
Brief SOM aan informateur
Onjuiste interpretatie AVG op gebied van gegevensdeling
Slachtoffermonitor Nationaal rapporteur 2016-2020 en reactie CoMensha
Bijdrage aan ILO-onderzoek inzake positie slachtoffers arbeidsuitbuiting
Bijdrage EMN-onderzoek naar positie van derdelanders
Aanbevelingen van het Aanjaagteam Bescherming Arbeidsmigranten
Aanpak Arbeidsuitbuiting schiet tekort
Beëindiging Meldpunt Uitbuiting Minderjarigen
Achterblijvende aanpak van mensenhandel in Caribisch deel van het Koninkrijk
Monitoring en Evaluatie-bijeenkomst OMM
In mei 2020 vond de eerste Monitoring en Evaluatie-bijeenkomst OMM plaats, georganiseerd door de VNG en VWS. CoMensha stelde een evaluatierapportage op, inclusief cijfermateriaal over de bezetting, aard en omvang en in-, door- en uitstroom. Ook vroegen we naar knelpunten en scholingsbehoefte. Knelpunten waren onder meer snelle toegang tot geestelijke gezondheidszorg wegens wachtlijsten en het werven van gekwalificeerd personeel. Eind 2020 werd de tweede periodieke rapportage aangeleverd, begin 2021 vond de tweede monitoring en evaluatiebijeenkomst plaats.
Achterblijvende aanpak van mensenhandel in Caribisch deel van het Koninkrijk
Bijdrage EMN-onderzoek naar positie van derdelanders
CoMensha heeft geparticipeerd in het onderzoek van het EMN naar Third-country national victims of trafficking in human beings. Het onderzoek vond plaats in opdracht van de Europese Commissie. Comensha heeft zitting in de klankbordgroep die in 2021 twee keer bijeenkwam. De lancering van het rapport vond plaats op 30 maart 2022. Een belangrijke constatering is dat de toegang tot voorzieningen van slachtoffers van mensenhandel uit derdelanden niet altijd vanzelfsprekend is, terwijl er op basis van de Europese mensenhandelrichtlijn geen onderscheid gemaakt mag worden op afkomst.
Kijk voor meer informatie op: https://www.emnnetherlands.nl/actueel/identificeren-slachtoffers-mensenhandel-europa-grote-uitdaging
Onjuiste interpretatie AVG op gebied van gegevensdeling
De AVG-notitie van CoMensha en
deHandreiking aanpak van mensenhandel en het gebruik van persoonsgegevens van JenV.
Aanpak Arbeidsuitbuiting schiet tekort: kritisch rapport Algemene Rekenkamer over aanpak arbeidsuitbuiting, reactie Minister SZW en reactie CoMensha
Arbeidsmigranten en kennismigranten
Door de coronapandemie werd de zwakkere positie van arbeids - en kennismigranten pijnlijk zichtbaar, bijvoorbeeld de vaak slechte woon- en werkomstandigheden van arbeidsmigranten. CoMensha heeft een initiërende rol vervuld bij het agenderen van deze problematiek. Een Aanjaagteam Bescherming Arbeidsmigranten onder leiding van Emile Roemer bracht de situatie verder in beeld en deed aanbevelingen die door de politiek zijn overgenomen. Voor kennismigranten geldt daarnaast dat zij geen beroep kunnen doen op de voorzieningen voor slachtoffers van mensenhandel (Verblijfsregeling mensenhandel) zolang hun werkvergunning niet is ingetrokken en zij rechtmatig verblijf hebben. CoMensha, ISZW en ACM zetten zich in voor een betere positie van deze migranten, gelijkwaardig aan die van EU-onderdanen die slachtoffer van mensenhandel worden. Dit knelpunt werd besproken met de ministeries van Justitie en Veiligheid en VWS en de IND. Vooralsnog is er geen oplossing.
Bijdrage aan ILO-onderzoek inzake positie slachtoffers arbeidsuitbuiting
CoMensha leverde een bijdrage aan het rapport over de toegang tot bescherming en compensatie van slachtoffers van arbeidsuitbuiting in Nederland en België, uitgebracht door de ILO. Het onderzoek heeft tot doel inzicht te verschaffen in de mogelijkheden voor bescherming en compensatie die zowel in België als in Nederland bestaan voor slachtoffers van arbeidsuitbuiting. Op basis van interviews met stakeholders in het veld, waaronder CoMensha en FairWork, zijn de barrières geïdentificeerd, best practices uitgewisseld en aanbevelingen gedaan. Ook was er aandacht voor alternatieve mogelijkheden voor compensatie in civiele of arbeidsrechtelijke procedures en klachtenprocedures. Tevens heeft CoMensha een reactie op de bevindingen gegeven tijdens de lancering van het rapport (webinar). Dat kunt u hier terug kijken: https://www.ilo.org/brussels/publications/WCMS_793053/lang--nl/index.htm
Kamervragen en antwoorden / Algemeen Overleg Mensenhandel en prostitutie
- Antwoord op vragen van het lid Van Baarle over de enorme toename van arbeidsuitbuiting in het afgelopen jaar, 1 november 2021.
- Antwoord op vragen van de leden Bikker, Ceder en Grinwis over de toename in arbeidsuitbuiting, 1 november 2021
- Antwoord op vragen van het lid Van Beukering-Huijbregts over het bericht 'OM ziet te weinig bewijs uitbuiting truckers: 'Moet er eerst iemand doodgaan?’, 1 november 2021
- Antwoord op vragen van het lid Bikker over de uitzending van Omroep Gelderland ‘In het vizier van de Jager’ en het artikel ‘Dit is moderne slavernij: politiek wil vrouwen van brandmerk afhelpen’, 25 oktober 2021
- Antwoord op vragen van de leden Ceder, Bikker, Van den Berg en Kuik over de aanpak van mensenhandel in de Caribische delen van het Koninkrijk, 7 september 2021
- Antwoord op vragen van het lid Tielen over het bericht ‘Restaurants dicht door corona maar toch 500 Aziatische koks uit het buitenland gehaald’, 4 juni 2021
- Antwoord op vragen van de leden Van Nispen en Jasper van Dijk over een radio-uitzending over het Essexdrama waarbij 39 slachtoffers vielen, 31 maart 2021
- Antwoord op vragen van de leden Van Ojik en Bouali over het verdwijnen van Vietnamese alleenstaande kinderen uit de COA-opvang, 31 maart 2021
- Verslag van een commissiedebat, gehouden op 27 mei 2021, over mensenhandel en prostitutie
Kamervragen en antwoorden / Algemeen Overleg Mensenhandel en prostitutie
Slachtoffermonitor Nationaal rapporteur 2016-2020 en reactie CoMensha
Slachtoffermonitor Mensenhandel 2016-2020 en de reactie van CoMensha op deze monitor.
Beëindiging Meldpunt Uitbuiting Minderjarigen
Met ingang van 1 januari 2022 heeft CoMensha het Meldpunt Uitbuiting Minderjarigen beëindigd. Dit meldpunt is gedurende heel 2021 bereikbaar geweest. De belangrijkste reden is dat Terre des Hommes (op wiens verzoek wij het Meldpunt uitvoerden) follow-uponderzoek naar de meldingen heeft stopgezet. CoMensha blijft zich vanzelfsprekend inzetten voor de aanpak van uitbuiting van minderjarigen in Nederland.